Omrekennormen varkens- en pluimvee-eenheden (2014 - 2017)

Download dit document in PDF formaat


Waarvoor gebruiken?

De normen gebruikt u om uit te rekenen hoeveel varkens- of pluimvee-eenheden u nodig heeft voor het houden van uw dieren.

Hoe te gebruiken?

U berekent de benodigde varkens- en/of pluimvee-eenheden op basis van het gemiddeld aantal dieren dat u op jaarbasis houdt, of wilt houden, per diercategorie. Het gemiddeld aantal dieren vermenigvuldigt u met de omrekeningsfactor per diercategorie.

U mag niet meer varkens of pluimvee gemiddeld op jaarbasis houden dan op basis van het aantal productierechten, dat is geregistreerd op uw bedrijf, is toegestaan.

Aandachtspunten

  • Wanneer er geen pluimvee-eenheden op uw bedrijf staan geregistreerd, is het aantal kippen of kalkoenen op uw bedrijf nooit groter dan 250 pluimvee-eenheden.
  • Wanneer er geen varkenseenheden op uw bedrijf staan geregistreerd, is het aantal varkens op uw bedrijf nooit groter dan drie varkenseenheden.
  • Bij het bepalen van het gemiddeld aantal vleeskalkoenen geldt de datum van de afvoer van de hennen als afvoerdatum van het koppel. Dit geldt ook als u de hanen enkele weken langer op het bedrijf aanhoudt.

Varkens

Diercategorie-
nummer
DiersoortOmrekeningsfactor
400 Fokzeugen inclusief biggen jonger dan 6 weken 1,97 ve
  (ten minste eenmaal gedekt of geïnsemineerd: guste zeugen, gedekte maar nog niet drachtige zeugen, drachtige zeugen, zeugen met biggen, zeugen waarvan de biggen gespeend zijn en waarvan de biggen aan een ander bedrijf worden geleverd ca. 6 weken na hun geboorte)  
401 Fokzeugen inclusief biggen biggen tot een gewicht van 25 kg 2,74 ve
  (ten minste eenmaal gedekt of ge.nsemineerd: guste zeugen, gedekte maar nog niet drachtige zeugen, drachtige zeugen, zeugen met biggen, waarvan de biggen worden gehouden tot een gewicht van ca. 25 kg (ook fokzeugen waarvan de biggen op het eigen bedrijf worden gehouden)  
402 Opfokzeugen jonger dan 7 maanden 0,96 ve
  (jonge zeugen, nooit gedekt of geïnsemineerd, gehouden voor de fokkerij van ca. 25 kg tot ca. 7 maanden, ook aangeleverde opfokzeugen van ca. 25 kg die worden afgeleverd op ca. 7 maanden of iets ouder en opfokzeugen afkomstig van het eigen bedrijf van exact 25 kg, die worden afgeleverd op ca. 7 maanden)  
403 Opfokzeugen van 7 maanden en ouder 1,59 ve
  (jonge zeugen, nooit gedekt of ge.nsemineerd, gehouden voor de fokkerij van ca. 7 maanden tot de eerste dekking, ook opfokzeugen die zijn aangeleverd op ca. 7 maanden of iets jonger, tot de eerste dekking)  
404 Opfokzeugen van een gewicht van 25 kg tot de eerste dekking 1,11 ve
  (jonge zeugen, nooit gedekt of ge.nsemineerd, gehouden voor de fokkerij van ca. 25 kg tot de eerste dekking. Opfokzeugen die zijn aangeleverd op ca. 25 kg, die niet op 7 maanden worden afgeleverd, maar worden aangehouden tot de eerste dekking; ook opfokzeugen afkomstig van het eigen bedrijf die worden aangehouden van exact 25 kg tot de eerste dekking)  
405 Opfokberen 1,09 ve
  (jonge nog niet dekrijpe beren, die worden aangehouden voor de fokkerij, van ca. 25 kg tot ca. 7 maanden of iets ouder; ook beren afkomstig van het eigen bedrijf vanaf exact 25 kg)  
406 Dekberen 1,86 ve
  (dekrijpe beren - ook zoekberen - van ca. 7 maanden en ouder; ook aangeleverde beren van iets jonger dan 7 maanden; beren afkomstig van het eigen bedrijf te rekenen vanaf exact 7 maanden)  
407 Biggen 0,36 ve
  (gespeende biggen die op ca. 6 weken zijn aangeleverd, die worden afgeleverd op ca. 25 kg; ook op 6 weken aangeleverde biggen die op het eigen bedrijf worden aangehouden voor de mesterij, tot exact 25 kg)  
410 Slachtzeugen 1,59 ve
  (zeugen die niet meer gebruikt worden voor de fokkerij, maar worden afgemest)  
411 Vleesvarkens 1 ve
  (varkens die doorgaans worden gemest vanaf ca. 25 kg of iets lichter tot ca. 110 kg; ook biggen afkomstig van het eigen, gesloten bedrijf vanaf exact 25 kg)  

Pluimvee

Kippen

Diercategorie-
nummer
DiersoortOmrekeningsfactor
300 Opfokhennen en -hanen van legrassen, jonger dan ca. 18 weken 0,4 pe
  (opfokhennen en -hanen voor de vervanging van hennen en hanen van legrassen, inclusief (groot) ouderdieren, die worden afgeleverd op ca. 18 weken; dieren die op het eigen bedrijf worden aangehouden worden tot exact 18 weken meegeteld)  
301 Hennen en hanen van legrassen, ca. 18 weken en ouder 1 pe
  (hennen en hanen - inclusief (groot)ouderdieren - die zijn aangeleverd op ca. 18 weken; ook van het eigen bedrijf afkomstige hennen en hanen - inclusief (groot)ouderdieren -, vanaf exact 18 weken)  
310 Opfokhennen en -hanen van vleesrassen 0,5 pe
  (opfokhennen en -hanen ter vervanging van (groot)ouderdieren van vleesrassen, die worden afgeleverd op ca. 19 weken; dieren die op het eigen bedrijf worden aangehouden worden tot exact 19 weken meegeteld)  
311 Ouderdieren van vleesrassen 1,48 pe
  (ouderdieren - inclusief grootouderdieren - van vleesrassen, die zijn aangeleverd op ca. 19 weken; ook van het eigen bedrijf afkomstige (ouder)dieren, vanaf exact 19 weken)  
312 Vleeskuikens 0,48 pe
  (kuikens die voor de slacht worden afgeleverd)  

Kalkoenen

Diercategorie-
nummer
DiersoortOmrekeningsfactor
200 Jonge kalkoenen 0,52 pe
  (hennen en hanen voor de productie van broedeieren ca. 0 tot ca. 6 weken, gehouden op een quarantainebedrijf)  
201 Opfokkalkoenen 2,94 pe
  (hennen en hanen voor de productie van broedeieren van ca. 6 tot ca. 30 weken, gehouden op een opfokbedrijf)  
202 Kalkoenen ouderdieren 4 pe
  (hennen en hanen voor de productie van broedeieren van ca. 30 weken en ouder)  
210 Vleeskalkoenen 1,58 pe
  (vanaf het opzetten bij aanvang van de mestperiode tot de aflevering voor de slacht)